Page 44 - MuseScore 2.0 handbook
P. 44
Om een lege maat achteraan de partituur toe te voegen druk je op Ctrl+B (Mac: ⌘+B)
of kies: Voeg toe → Maten → Voeg één maat toe.
Om meerdere lege maten achteraan de partituur toe te voegen druk je op Alt+Shift+B (Mac: Option+Shift+B) of kies: Voeg toe →
Maten → Voeg maten toe....
Invoegen
Om een lege maat in te voegen in de partituur selecteer je een maat en druk: Ins of kies Voeg toe → Maten → Voeg één maat in.
Om meerdere lege maten in te voegen druk je op Ctrl+Ins of kies: Voeg toe → Maten → Voeg maten in....
Verwijderen
Selecteer een maat en druk op Ctrl+Del (Mac: Fn+⌘+Del).
Eigenschappen
Om de maat-eigenschappen te wijzigen: rechtsklik op een lege plek in de maat en kies: Maat-eigenschappen...:
Notenbalken
Met de eigenschap "Zichtbaar" kun je schakelen tussen "zichtbaar" en "verborgen". Dit heeft betrekking op de noten
en de notenbalklijnen van de huidige maat.
Met de eigenschap "Zonder Stok" kun je schakelen tussen "met" en "zonder" stok. Met andere woorden: van de
noten die normaal een stok hebben zijn alleen de notenkoppen zichtbaar.
Maatduur
De nominale duur van de maat is gelijk aan de maatsoort, weergegeven op de partituur.
Je kunt de werkelijke duur van een maat aanpassen, ongeacht de maatsoort.
Normaal is de weergegeven duur en de werkelijke duur identiek
Toch kan een maat (bijvoorbeeld opmaat, anacrouse) een effectieve duur hebben die korter is of langer is als de
maten zijn samengevoegd (zie verder).
In de onderstaande figuur heeft de opmaat een nominale duur van 4/4 maar een werkelijke duur van 1/4. Voor de
middelste maten zijn nominale duur en werkelijke duur gelijk (4/4). De complementaire maat achteraan heeft een
nominale duur van 4/4 maar een werkelijke duur van 3/4:
44

