Page 40 - Aardrijkskunde Vakstudie 2_1920
P. 40
van het dorp met nieuwere gebouwen zien, verspreid over de rechterflank van de
heuvel. Op een heuvel links is er een Middeleeuwse ruïne, dit getuigt van het bestaan
van een kasteel in de Middeleeuwen. Misschien dateert het dorp ook uit die periode;
dit dient verder onderzocht te worden.
▪ Studie van de economische activiteiten in het landschap
Tot slot kan men ook de economische activiteiten in het landschap trachten te
ontdekken. Dit kan men doen door de landbouwactiviteiten, andere economische
activiteiten en transportwegen te bestuderen.
- Landbouwactiviteiten: Tracht een antwoord te vinden op vragen zoals: ‘Wat voor
soort culturen of dieren zijn er?’, ‘Zijn de percelen van de culturen groot of klein?’ en
‘In welke richting zijn ze georiënteerd?’. In het wijnbouwlandschap zijn er bijna enkel
wijngaarden te zien. We bevinden ons dan ook in een wijnbouwstreek. De
oppervlakte van de wijnstokpercelen is niet erg groot. Het is niet vergelijkbaar met
de grote velden die te zien zijn in de streken van de grote culturen. De percelen zijn
georiënteerd in de richting van de helling. De helling is redelijk zwak en zorgt dus niet
voor problemen voor bewerking met machines.
- Andere economische activiteiten: Zoek hierbij naar fabrieken, mijnen, havens,
sporen van verval of iets dat verlaten werd en nieuwe activiteiten. In het
wijnbouwlandschap zijn de bossen op de eerste heuvels bossen met loofbomen: ze
verstrekken het hout voor de steunpalen voor de wijnstokken, maar ze zijn ook een
bron van stookhout. Veel inwoners van het dorp verwarmen hun huizen nog steeds
met hout. De bossen worden om de twintig tot dertig jaar gekapt. Het goede beheer
van het landschap draagt bij tot het aangename aspect van de regio. Heel het jaar
lang ontvangt deze streek dan ook veel toeristen. Het toerisme is niet onbelangrijk
voor de economie.
- Transportwegen: Tracht een antwoord te vinden op vragen zoals: ‘Hoe worden de
koopwaren vervoerd in deze streek?’, ‘Zijn er wegen, snelwegen, treinen of
kanalen?’, ‘Wat circuleert er over deze wegen?’ en ‘Wat is de bestemming?’. In het
wijnbouwlandschap zijn er geen wegen te zien, maar we kunnen er vanuit gaan dat
de wijnproductie bestemd is voor de regionale, nationale en eventueel
internationale markt.
OPDRACHT
Analyseer en typeer de in de PowerPoint-voorstelling getoonde landschappen volgens de
hierboven beschreven systematiek. Onderscheid de verschillende plannen in de
landschappen en beschrijf de kleuren, vormen en begroeiing. Dateer de landschappen in
de tijd en ontdek de economische activiteiten (oa. soorten landbouwbedrijven). Benoem
de landschappen ook zo precies mogelijk naar Belgische landbouwstreek.
1 AA VS 2 40 © 2019 Arteveldehogeschool

