Page 181 - Aardrijkskunde Vakstudie 2_1920
P. 181

7.2      Bevolkingsgegevens

               7.2.1    Kengetallen omtrent bevolkingsgegevens

                        Er zijn verschillende kengetallen van belang voor bevolkingsgegevens:

                         -  Inwoneraantal:  Het  aantal  inwoners  van  een  land  is  een  gegeven  dat  jaarlijks
                            gepubliceerd wordt in bijvoorbeeld het Demographical Yearbook van de Verenigde
                            Naties.
                         -  Bevolkingsdichtheid: Grote landen hebben normaliter een grotere bevolking dan
                            kleinere landen. Wil men landen vergelijken, dan dringt zich een verhoudingsgetal
                            op, zoals de bevolkingsdichtheid als de verhouding tussen het aantal inwoners van
                            een land en de oppervlakte van het land.
                         -  Verstedelijkingsgraad of urbanisatiegraad: Dit kengetal drukt uit in welke mate de
                            ruimtelijke  eenheid  (het  land  of  de  gemeente)  verstedelijkt  is.  Dit  kan  op
                            verschillende manieren gebeuren, via het aandeel van de stedelijke bevolking in de
                            totale bevolking van een land, of het aantal steden in een land met meer dan 100
                            000 inwoners, of het percentage van de stedelijke bevolking in steden met meer dan
                            500 000 inwoners.
                         -  Nataliteit, geboortecoëfficiënt of geboortecijfer: De geboortecoëfficiënt drukt het
                            aantal  geboorten  per  totaal  aantal  inwoners  uit,  uitgedrukt  in  promille.  De
                            berekening  hiervoor  is  als  volgt:  Geboortecoëfficiënt=  (aantal  geboorten/aantal
                            inwoners) x 1000.
                         -  Mortaliteit, sterftecoëfficiënt of sterftecijfer: De sterftecoëfficiënt drukt het aantal
                            sterftegevallen per totaal aantal inwoners uit, uitgedrukt in promille. De berekening
                            hiervoor  is  als  volgt:  Sterftecoëfficiënt=  (aantal  sterfgevallen/aantal  inwoners)  x
                            1000.
                         -  Natuurlijke  aangroei:  De  natuurlijke  aangroei  is  het  verschil  tussen  de
                            geboortecoëfficiënt en de sterftecoëfficiënt. Dit getal kan zowel positief, dan is er
                            sprake  van  een  geboorteoverschot,  als  negatief,  dan  is  er  sprake  van  een
                            sterfteoverschot, zijn.
                         -  Migratiesaldo: Het migratiesaldo is het verschil tussen het aantal inwijkelingen of
                            immigranten en het aantal uitwijkelingen of emigranten. Dit getal kan ook relatief
                            uitgedrukt worden in procent ten opzichte van het aantal inwoners.
                         -  Jaarlijkse aangroei: De jaarlijkse aangroei is het verschil tussen het inwonersaantal
                            van  het  huidige  jaar  en  het  inwonersaantal  van  het  voorbije  jaar,  procentueel
                            uitgedrukt.  De  berekening  hiervoor  is  als  volgt:  Jaarlijkse  aangroei  =  (inwonertal
                            huidig jaar – inwonerstal vorig jaar) x 1000 / inwoners vorig jaar.
                         -  Verdubbelingtijd: De verdubbelingstijd is de tijd waarin de bevolking verdubbeld is.
                            Dit  getal  geeft  een  idee  hoe  snel  een  bevolking  aangroeit.  Voor  een  constant
                            groeipercentage  tot  10%  geldt  de  volgende  vuistregel:  Verdubbelingtijd  =  70  /
                            groeipercentage.
                         -  Levensverwachting: De levensverwachting is de gemiddelde leeftijd die in een land
                            bereikt wordt bij overlijden.
                         -  Kindersterfte: De kindersterfte is het aantal sterfgevallen in een jaar van kinderen
                            tussen jonger dan één jaar per 1000 geboorten.




                        1 AA VS 2                             181                  © 2019 Arteveldehogeschool
   176   177   178   179   180   181   182   183   184   185   186