Page 23 - Aardrijkskunde Vakstudie 2_1920
P. 23

2        LANDBOUWGEOGRAFIE











                            COMPETENTIES
                        ▪  Een geactualiseerd geografisch en economisch overzicht opstellen van de landbouw in
                          Vlaanderen, België en Europa.
                        ▪  De landschappen van de landbouwstreken in België en Europa op foto, kaart en op
                          landschapstransect herkennen.
                        ▪  De  gevolgen  van  economische  keuzes  van  het  Vlaamse,  Belgische  en  Europese
                          landbouwbeleid  en  hun  geografische  impact  op  terrein  herkennen  om  in  een
                          excursieverslag eerder gestelde hypothesen op hun waarheidsgehalte te toetsen.
                        ▪  Op systematische wijze een landbouwlandschap analyseren interpreteren, waarbij de
                          vakinhoud gekoppeld wordt aan de leerinhouden van het S.O.
                        ▪  Landschapselementen   uit   een   landbouwlandschap    linken   aan   fysische
                          landschappelijke elementen, zoals ondergrond, bodem en geomorfologie.
                        ▪  Op  excursie  het  landbouwlandschap  waarnemen  en  analyseren  volgens  diverse
                          invalshoeken en die gegevens in een aanschouwelijk opgemaakt verslag integreren.
                        ▪  In het landbouwlandschap op foto in klas en op terrein tijdens een excursie socio-
                          economische kenmerken herkennen en in relatie brengen met verticale en horizontale
                          componenten om aldus relevante keuzes m.b.t. foto’s en excursiepunten te maken.



               2.1      Het landbouwlandschap in Vlaanderen en België


               2.1.1    Analyse vanuit geografisch perspectief

                        De Belgische landbouw situeert zich geografisch in het landbouwsysteem van moderne
                        commerciële landbouw met intensieve teelten (akkerbouw en veeteelt). Op de helft van
                        de Belgische grondoppervlakte is dit landbouwsysteem van toepassing. Toch valt België
                        uiteen in verschillende landbouwstreken, die elk hun typische kenmerken hebben. Dit
                        wijst er op dat de productieomstandigheden toch niet overal gelijk zijn!

                          ▪  Invloed van het fysisch milieu

                        De productieomstandigheden worden in eerste instantie bepaald door het fysisch milieu.
                        Hierbij spelen de temperatuur, de neerslaghoeveelheid, het aantal vorstdagen, het reliëf
                        en de bodem een belangrijke rol.


                            OPDRACHT
                        Verduidelijk in de volgende tabel de invloed op de bovenvermelde fysische factoren op
                        de landbouwmogelijkheden in België aan de hand van de in de PowerPoint-voorstelling
                        getoonde kaarten.





                        1 AA VS 2                              23                  © 2019 Arteveldehogeschool
   18   19   20   21   22   23   24   25   26   27   28