Page 80 - Aardrijkskunde Vakstudie 2_20142015
P. 80
Westerschelde-dossier nog te gevoelig. Toen bestond een optie waarbij Rotterdam en
Antwerpen elk 5 procent en Vitol 90 procent zouden investeren. Smits: “Rotterdam
investeert in pijpleidingen, samen met het tankopslagbedrijf Vopak dat ze exploiteert. Ik
kan me goed voorstellen dat we als havenbedrijven met de industrie investeren in meer
pijpleidingen tussen Rotterdam en Antwerpen. We blijven concurrenten, maar ik geloof
in projectmatige samenwerking. Wil ik van Antwerpen-Rotterdam een Europees Houston
maken? Klopt.”
Antwerpen en Rotterdam bekijken ook al een tijd hoe ze hun achterlandverbindingen via
het spoor richting Duitsland beter op elkaar kunnen afstemmen. Begin dit jaar maakten
ze bekend een belang van 33 procent te willen nemen in de haven van Duisburg om daar
een gezamenlijk knooppunt te maken. Berlijn en de haven van Hamburg, een hevige
concurrent, liggen echter dwars en volgens waarnemers zal de Belgisch-Nederlandse
alliantie het dossier op haar buik kunnen schrijven. Smits blijft echter geloven in het
samenwerkingsmodel richting Duitsland. “Het debat over de IJzeren Rijn ligt politiek
gevoelig. Maar het feit dat Antwerpen een betere spoorverbinding wil naar het achterland
steunen we. We gaan op een andere manier met elkaar om dan een paar jaar geleden. Ik
had met mijn collega Eddy Bruyninckx van het Antwerpse Havenbedrijf altijd een
uitstekende verhouding, maar voor het dossier van de Westerschelde voelde ik dat hij
politiek en emotioneel de ruimte niet had om samen te werken. En dat begrijp ik.”
Smits ontkent dat Rotterdam meer te winnen heeft bij de geplande chemiecluster omdat
Antwerpen op zich al het chemiecentrum van Europa is. Smits: “We zijn fors
complementair. In Antwerpen vindt fijnchemie plaats, bij ons bulkchemie. Er is voor
iedereen iets te winnen.”
Hieronder vind je drie vragen die betrekking hebben tot industriegeografie, met enkele
mogelijke antwoorden. Duid voor elke vraag het (de) correcte antwoord(en) aan.
a. Hoe heet het proces waarbij de mineralogische samenstelling van het gesteente
wijzigt doordat magma het gesteente binnendringt?
o Magmatische scheiding
o Hydrothermie
o Contactmetamorfose
b. Welke afzettingen worden gevormd bij opeenvolgende transgressies en regressies en
zijn dus het gevolg van opeenvolgende toename en afname van moeras- en
zandafzettingen?
o Zouten
o Steenkool
o Zink
c. Met welke specialisatie onderscheidt de Gentse haven zich van de andere havens in
België?
o Autodistributie
o Biobrandstoffen
o Energiegassen
1 AA VS 2 80 © 2014 Arteveldehogeschool

