Page 56 - Aardrijkskunde Vakstudie 2_1920
P. 56
▪ Eerste industriële revolutie
e
Een eerste golf van industrialisatie kwam tot ontwikkeling aan het einde van de 18 eeuw
met de uitvinding van de stoommachine, aangedreven door steenkool. Deze eerste golf
van de Eerste Industriële Revolutie had plaats in fabrieken gevestigd in steden;
aanvankelijk enkel in Groot-Brittannië.
OPDRACHT
Waarom bleef de eerste golf beperkt tot Groot-Brittannië? Tip: Bekijk de kaart goed!
In Vlaanderen bleven de traditionele nijverheden, zoals de scheepsbouw, tabaksindustrie
en jeneverproductie, volop aanwezig. De nieuwe mechanische productiewijze verdrong
er wel de huisnijverheid. Vlaanderen kon hierbij rekenen op zijn eeuwenoude textiel-
e
traditie; het werd in de 19 eeuw vlug een van de grootste katoencentra van Europa.
OPDRACHT
Welke ambachtelijke nijverheden domineerden in Vlaanderen in de periode 1815-1830 en
wat waren de lokalisatiefactoren?
De grote Waalse steden profiteerden van de aanwezigheid van steenkool en trokken ijzer-
en staalnijverheid naar zich toe. Met de ontginning van steenkool kwam immers in de
e
eerste helft van de 19 eeuw de staalindustrie op (tweede golf van industrialisatie) zodat
de concentratie van industrie en bewoning bij de steenkool- en ijzerertsgebieden toenam.
Zo ontstonden de industriegebieden Le Nord (Frankrijk), het Ruhrgebied en de Midlands
in Engeland bij de steenkoolgebieden, en Lotharingen bij de ijzerertsplaatsen. In België
werden de Borinage (Le Pays Noir), het Centrumbekken (La Louvière en Charleroi) en het
Luikse allen op de steenkoolvelden de lokalisatieplaatsen bij uitstek. Hoewel de Samber
en Maas de natuurlijke transportader vormden, is het verkeerd te spreken over een
Waalse industrie-as. Tussen Namen en Huy was er immers weinig industrie.
OPDRACHT
Beschrijf in de onderstaande tabel de locaties van deze tweede golf van industrialisatie.
1 AA VS 2 56 © 2019 Arteveldehogeschool

