Page 192 - Aardrijkskunde Vakstudie 2_20142015
P. 192

verdrievoudiging van het migratiesaldo. Het vruchtbaarheidscijfer is opmerkelijk
toegenomen over deze korte periode (van 1,66 naar 1,82). Eenzelfde opmerking geldt
voor de levensverwachting bij de geboorte, die bij de mannen toenam met 2,38 jaar en
bij de vrouwen met 2,09 jaar. De jongste bevolkingsgroep blijft stabiel (rond 17%). De
groep 15 tot 64 jaar groeide met 1%. De gemiddelde leeftijd nam over deze periode toe
met iets meer dan 1 jaar. De vervangingsgraad binnen de beroepsbevolking (verhouding
tussen de leeftijdsgroepen 15-24 en 55-64 jaar) daalde fors van 120% tot 102%. De
vergrijzing van de beroepsbevolking (verhouding tussen de groepen 40-64 en 15-39 jaar)
daarentegen, is sterk opgelopen van 91% naar 106%. De vergrijzing komt nog tot uiting in
de verhouding tussen de groep 65+ en de jongeren van 0 tot 15 jaar (van 95% naar 101%).
Zelfs bij de senioren is er sprake van een toegenomen vergrijzing: de verhouding 80+/65+
nam toe van 21% tot 27%.

    Vlaanderen, snelle vergrijzing

Tussen 2000 en 2008 groeide de Vlaamse bevolking met bijna 4%. Het aantal geboorten
steeg er met 8,5%, maar ook het sterftecijfer is ten opzichte van de overige gewesten
toegenomen, zij het met slechts 2%. In 2008 lag de natuurlijke aangroei 97% hoger dan in
2000. Vlaanderen heeft een positief intern migratiesaldo, dat in 2008 191,6 % hoger lag
dan in 2000. Ook het extern migratiesaldo is ruim positief en was in 2008 bijna driemaal
groter dan in 2000. In Vlaanderen was er verder een opvallende toename van het
vruchtbaarheidscijfer in deze korte periode, maar die trend blijkt zich de jongste jaren
opnieuw te stabiliseren. De levensverwachting bij de geboorte is er over deze korte
periode fors toegenomen, zowel bij mannen (+2,16 jaar) als vrouwen (+1,95 jaar), maar
niet zo sterk als in Wallonië. Het relatieve gewicht van de verschillende leeftijdsgroepen
was de afgelopen jaren vrij stabiel in Vlaanderen. De gemiddelde leeftijd is er met 1,46
jaar het sterkst gestegen van alle gewesten. Dat Vlaanderen een snellere vergrijzing
beleeft dan België in zijn geheel, komt tot uiting in de evolutie van de verschillende ratio’s
tussen 2000 en 2008. De verhouding tussen de groepen 15-24 jaar en 55-64 jaar zakte van
112% in 2000 naar 96% in 2008. De vergrijzing van de beroepsbevolking klom van 93% in
2000 naar 111% in 2008. De vergrijzingcoëfficiënt steeg van 98% naar 110%. De intensiteit
van de vergrijzing (aandeel van 80+ in het totaal van 65+) nam toe van 20% in 2000 tot
26% in 2008.

                              Tabel 9: Demografische evolutie in Vlaanderen (2000-2008)

1 AA VS 2  192  © 2014 Arteveldehogeschool
   187   188   189   190   191   192   193   194   195   196   197