Page 188 - Aardrijkskunde Vakstudie 2_20142015
P. 188

- Ook de uitwerking van de klassen is niet eenvoudig. Men mag niet te veel
           schakeringen kiezen, of de kaart verliest aan overzichtelijkheid, maar ook niet te
           weinig, of de kaart geeft een vals beeld. Ook de grenzen der grootteklassen
           moeten representatief zijn. Tenslotte wat zal men als oppervlakte-eenheid
           nemen: de gemeente, het arrondissement, een land, een werelddeel? Mag men
           woeste gronden, bossen samen nemen met landbouwgrond?

       Als voordelen kunnen we vermelden:
           - Met deze voorstellingswijze komen de grote steden in de hoogste
                dichtheidsklasse terecht. De oppervlakte wordt gerespecteerd. Dit is niet steeds
                mogelijk in de absolute voorstellingswijze: indien de bevolkingsconcentraties
                hoog is, wordt het bevolkingsaantal voorgesteld door een cirkel die wellicht de
                grenzen overschrijdt. Wenst men binnen de administratieve of reële grenzen te
                blijven voor de steden in de absolute voorstellingswijze dienen de symbolen voor
                de dunbevolkte plattelandsgebieden te fel gereduceerd te worden.
           - De mogelijkheden bij het weergeven van de ruimtelijke spreidingspatronen
                stijgen wanneer de grootte van de statistische gebieden afneemt. Per gemeente
                bekomt men een veel nuttiger beeld.
           - Het gebruik van de rekenkundige dichtheid is praktisch algemeen daar deze
                gegevens het gemakkelijkst beschikbaar zijn.

           Meer voorstellingswijzen en varianten op bevolkingsdichtheid

       Naast deze twee belangrijkste voorstellingswijzen zijn er nog andere voorstellingswijzen,
       zoals potentiaalkaarten, per vierkante i.p.v. administratieve grenzen, isolijnen, e.d. Een
       meer verfijnde vorm van dichtheid wordt uitgedrukt door de verhouding totale
       bevolking/bebouwbaar land. Dit wordt ook fysiologische dichtheid genoemd. Alle land dat
       niet geschikt is voor bewerking wordt verwijderd uit de noemer van de breuk. Hier wordt
       dus het productieve niet-bouwland uitgeschakeld, dus niet alleen woeste en
       onvruchtbare gronden, maar ook wouden, natuurlijke weiden, mijnbouwgebieden. Ook
       worden de verschillen in opbrengst van het bouwland ingevolge de differentiële
       klimatologische, pedologische en draineringseigenschappen niet in rekening gebracht.
       Nochtans is de fysiologische dichtheid reeds beter in staat een vergelijking te maken
       tussen de bezetting van een gebied en zijn mogelijkheden wat betreft voedselproductie
       en de productie van vegetatieve grondstoffen. In Egypte is 4% landbouwland. De
       fysiologische dichtheid is dus 25 maal hoger dan de rekenkundige dichtheid.

8.2.4  Invloed klassengrenzen op voorstelling van bevolkingsgegevens

       Ga de invloed van de verschillende methodes voor klassenbegrenzingen op de
       voorstelling van bevolkingsgegevens na. Doe dit door de opdrachten te maken bij elk van
       de hieronder opgesomde klassebegrenzingsmethodes. Bij alle ‘kaarten’ die hierbij aan
       bod komen, stellen de vakjes 10 ha voor. De totale oppervlakte is dus 10 km². De getallen
       stellen het aantal inwoner voor per vakje.

        Groeperen volgens gelijke intervallen

       1 AA VS 2  188                           © 2014 Arteveldehogeschool
   183   184   185   186   187   188   189   190   191   192   193