Page 62 - Aardrijkskunde Vakstudie 2_1920
P. 62

3.3      Het industrielandschap in Europa

               3.3.1    Het Ruhrgebied als voorbeeld
                                                   15
               3.3.1.1  Introductie
                        Het Ruhrgebied kan omschreven worden als een aaneengesloten stedelijk gebied waar
                        momenteel zo’n 5,3 miljoen mensen wonen. De oppervlakte van het Ruhrgebied bedraagt
                        circa 4.400 km². Het Ruhrgebied is geen provincie van Duitsland; de term duidt eerder een
                        vrijwillige samenwerking tussen elf steden en vier Kreisen (een soort mini-provincies) aan,
                        waarbij men probeert te komen tot een gemeenschappelijke ruimtelijke planning, het
                        ontwikkelen  en  beheren  van  natuurgebieden,  een  versterking  van  de  economische
                        structuur en de marketing van het gebied.

                        In  het  Ruhrgebied  kruisen  twee  belangrijke  verkeersaders  elkaar.  De  belangrijkste  is
                        natuurlijk de Rijn: langs de Rheinachse hebben zich in de loop van de geschiedenis veel
                        economische activiteiten ontwikkeld en zijn belangrijke steden ontstaan. In mindere mate
                        is dat gebeurd langs de Bördenachse: het vruchtbare gebied dat van Vlaanderen naar
                        Silezië in Polen loopt. Deze as wordt meestal de Hellweg genoemd, naar het oude Duitse
                        woord voor zout: deze route was belangrijk voor de zouthandel.

                        Het Ruhrgebied wordt doorgaans onderverdeeld in vijf zones: Lippe, Emscher, Hellweg,
                        Rijn en Ruhr. Vier ervan zijn vernoemd naar de rivieren die door het gebied stromen. De
                        steenkoolwinning is begonnen in de zuidelijk gelegen Ruhrzone, waar deze in dagbouw
                        kon plaatsvinden. Rond 1850 raakten deze mijnen uitgeput en verplaatste de winning zich
                        naar de Hellwegzone, wat betekende dat men voor de kolenwinning schachten moest
                        aanleggen. Door de schuine gelaagdheid van de steenkoollagen werden de schachten bij
                        het verder opschuiven van de productie steeds dieper. De kolenmijnen in de Rijnzone zijn
                        pas  na  1900  in  bedrijf  genomen.  Deze  zone  is  echter  vooral  bekend  vanwege  de
                        hoogovenbedrijven; de ijzererts kon goedkoop over de Rijn worden aangevoerd.

                            OPDRACHT

                        Duid op de volgende figuur de vijf deelzones van het Ruhrgebied aan. Bekijk hiervoor eerst
                        goed de ligging van de waterlopen.



















                                                 Figuur 34: Geleding van het Ruhrgebied


                        15  (Paul, van Ooyen, & Schukking, 2006)


                        1 AA VS 2                              62                  © 2019 Arteveldehogeschool
   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67