Page 198 - Aardrijkskunde Vakstudie 2_20142015
P. 198
16,5 % in 2007 tot 25,9 % in 2060. Het aantal personen ouder dan 80 jaar zou zich over de
periode2007-2060 met 2,7 vermenigvuldigen.
Brussel, minder sterke vergrijzing
De bevolking van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zou tijdens de periode gevoelig
moeten stijgen door een sterke immigratie en een hoge vruchtbaarheidsgraad bij de
allochtonen. Alle leeftijdsgroepen vertonen een stijging in absolute waarden. In
tegenstelling tot een vrij stabiel aandeel jongeren (18,5 %), zien we bij de oudere groepen
een gevoelige toename in 2060, zij het toch minder dan in de andere gewesten. Het aantal
personen van 80 jaar en ouder zal over de betrokken periode 2,1 maal groter worden.
8.3.2.3 Demografische indicatoren
Het aandeel van de senioren in de bevolking stijgt aanzienlijk. Na 2040 zal één persoon op
vier 65 jaar of ouder zijn. De gemiddelde leeftijd zou tussen 2007 en 2060 toenemen met
meer dan 4,5 jaar tot 45 jaar. In 2007 waren er al meer oudere dan jongere personen in
de potentiële beroepsbevolking. Deze verhouding zou verder stijgen naar 108 in 2020 en
vervolgens geleidelijk verminderen, waardoor de beroepsbevolking langzaam zou
verjongen. De vergrijzing van de bevolking neemt toe. In plaats van 101 personen van 65
jaar of ouder voor 100 jongeren van 0 tot 14 jaar, zoals in 2007, zouden dat in 2060 167
personen zijn. De afhankelijkheidscoëfficiënt van de ouderen zou stijgen van 26% in 2007
tot 45% in 2060, wat overeenkomt met een aangroei van 73%. Door deze verhouding om
te keren, krijgt men het aantal personen van de potentiële beroepsbevolking voor één
persoon van 65 of ouder. Deze ondersteunende verhouding zou dalen van 3,9 nu tot 2,2
in 2060.
Tabel 17: Demografische indicatoren (2007-2060)
1 AA VS 2 198 © 2014 Arteveldehogeschool

