Page 150 - Aardrijkskunde Vakstudie 2_1920
P. 150
- Geconcentreerde bebouwing: De gebouwen staan dicht tegen elkaar. Dit noemen
we geconcentreerde bebouwing. De tuinen, opritten en parkings tussen de
gebouwen horen ook bij het geheel van de geconcentreerde bebouwing.
- Verspreide bebouwing: De gebouwen liggen verspreid of in kleine groepjes van
enkele woningen of boerderijen over het landschap, in de open ruimte.
- Lintbebouwing: Lintbebouwing is een bijzonder geval van bebouwing. Veelal betreft
het uitlopers van geconcentreerde bebouwing in de open ruimte. De gebouwen
liggen in een lange rij aan weerszijden van een straat. Vanuit de lucht lijkt dit op een
lint van gebouwen. Soms bestaat het lint uit geconcentreerde bebouwing met
gesloten of halfopen of open bebouwing. Soms staan de gebouwen zo ver uit elkaar
dat het lint overeenkomt met verspreide bebouwing. Als er twee straten met
bebouwing parallel aan elkaar liggen kunnen we niet van lintbebouwing spreken
- Geïsoleerde woonwijk: Dit is een bijzondere vorm van geconcentreerde bebouwing.
Veelal slaat de term op een wijk (of verkaveling) afgezonderd van de rest van de
geconcentreerde bebouwing. Dergelijke geïsoleerd gelegen villaverkavelingen of
sociale woonwijken kunnen ook beschouwd worden als een kleine bebouwde
kernen, zonder nadere typering.
6.4.2.3 Didactische verwerking
OPDRACHT
Beschrijf de bebouwing op de onderstaande foto’s volgens dichtheid. Gebruik het aantal
gevels.
Figuur 92: Indeling van de bebouwing volgens dichtheid
OPDRACHT
Beschrijf de bebouwing op de onderstaande foto’s volgens spreiding. Noteer de correcte
termen in de witte kaders.
1 AA VS 2 150 © 2019 Arteveldehogeschool

