Page 152 - Aardrijkskunde Vakstudie 2_1920
P. 152

Figuur 94: Begrenzing van de bebouwde kern

               6.4.3.4  Bedenkingen en nuanceringen bij de afbakening
                        Als drempel om een bebouwde kern af te bakenen, werd de grens van 200m ingesteld.
                        200m  is  de  norm  aanbevolen  door  de  Verenigde  Naties  voor  het  afbakenen  van
                        agglomeraties en die ook binnen ander grote Europese of mondiale projecten gehanteerd
                        wordt. Met andere woorden, enkele gebouwen die minder dan 200 m verwijderd liggen
                        van de kern, worden er bij gerekend. Men kan echter argumenteren om voor Vlaanderen
                        de drempel van 100m of zelfs 50m te hanteren. Immers, bij hantering van de 200m-
                        drempel groeien vele woonkernen vandaag de dag aan elkaar en zullen de kernen nog
                        groter  worden.  De  100m-drempel  zou  het  aantal  grote  bebouwde  kernen  doen
                        verminderen.

                        Het ADSEI gebruikt de grenzen van statistische sectoren als begrenzing van woonkernen.
                        Echter, die sectoren werden het laatst in 2001 geactualiseerd en corresponderen al niet
                        meer met de expansie van de bebouwing anno 2014. Bepaalde delen van statistische
                        sectoren  van  de  woonkernen  zijn  niet  bebouwd,  of  omgekeerd  vallen  nieuwe  wijken
                        buiten de woonkernen.

               6.4.4    Bevolkingsdichtheid


               6.4.4.1  Leerplandoel
                        (1.3)(V)  Uit  de  vergelijking  van  orthofoto’s  met  kaarten  van  bevolkingsdichtheid  het
                        verband tussen dichtheid van bebouwing en bevolkingsdichtheid afleiden.


               6.4.4.2  Begripsomschrijving
                        Mensen  wonen  in  woningen.  De  meeste  gebouwen  zijn  woningen.  Er  moet  dus  een
                        verband bestaan tussen de bebouwingsdichtheid en de bevolkingsdichtheid.





                        1 AA VS 2                             152                  © 2019 Arteveldehogeschool
   147   148   149   150   151   152   153   154   155   156   157